Voor we de regie in alle opleidingen grootschalig invoerden, zette UHasselt pilootprojecten op in verschillende opleidingen om VISIO-O uit te testen. De bacheloropleiding biomedische wetenschappen en de opleidingen van de faculteit Architectuur en kunst gingen in 2015 van start met een opleidingsportfolio. Op basis van de opleidingsportfolio’s van de opleidingen architectuur en interieurarchitectuur maakten we een rapport onderwijskwaliteit op en lieten visiecommissies hun licht schijnen op de toekomst van deze opleidingen. Dit resulteerde na een strategiedag in strategieplannen voor de opleidingen interieurarchitectuur en architectuur. De opleiding toegepaste economische wetenschappen – handelsingenieur in de beleidsinformatica maakte in deze pilootfase een jaarrapport op. Uit al deze pilootprojecten deden we waardevolle inzichten op om dit proces nog verder bij te sturen en te verbeteren. De regie evolueert zo naar een voortdurende dialoog om de onderwijskwaliteit te bewaken.
Inleiding
De principes van VISIO-O zijn o.a. een sterke onderwijskundige ondersteuning van de opleidingen vanaf curriculumdesign en een open houding vanwege de opleidingen ten aanzien van ontwikkelingen en innovatie. De borging van de onderwijskwaliteit focust op sterktes en opportuniteiten van de opleidingen, veeleer dan op beoordeling.
De dienst Onderwijsontwikkeling, diversiteit en innovatie (OODI) en de dienst Kwaliteitszorg nemen in deze regie resp. de rol van onderwijsondersteuning en de rapportering m.b.t. onderwijskwaliteit op. Om het niveau en de professionaliteit te borgen en te versterken, is in VISIO-O ingeschreven dat beide diensten elke zes jaar open staan voor de kritische blik van een peerreviewcommissie. De eerste peerreview vond plaats op 15 en 16 september 2016.
Opzet
De peerreviewcommissie formuleert feedback en feedforward omtrent de werking van de diensten OODI en Kwaliteitszorg. Zij baseert zich hierbij op interne documenten voor onderwijsondersteuning, richtlijnen voor rapportering m.b.t. onderwijskwaliteit, gesprekken met medewerkers en met klanten van beide diensten. De commissie presenteert haar bevindingen mondeling en in een beknopt Reviewrapport dienst Onderwijs. De Onderwijsraad, het College van Decanen en de Raad van Bestuur nemen kennis van dit rapport.
Aspecten voor werking (binnen diensten, tussen diensten, met stakeholders): o.a.
- professionaliteit: o.a. wetenschappelijke onderbouwing, evidence-based, variatie aan expertisegebieden, innovatiegerichtheid, pro-activiteit, kritische ingesteldheid, resultaatsgerichtheid
- samenwerking
- communicatie- en informatie-uitwisseling
- procesbewaking
- ondersteuning in functie van de eigenheid van de opleiding
- output