Titel
Thuismonitoring na majeure chirurgie: Een samenhangend onderzoek naar de perceptie van patiënten, evaluatie van het implementatieproces, klinische impact en kosteneffectiviteit (Onderzoek)
Abstract
Dankzij vooruitgang in minimaal invasieve chirurgie (Minimally Invasive Surgery, MIS) en verbeterde herstelprotocollen na operaties (Enhanced Recovery After Surgery, ERAS) is het mogelijk geworden om patiënten na grote chirurgische ingrepen, zoals pancreas-, lever-, long- en gastric bypassoperaties, eerder uit het ziekenhuis te ontslaan. Toch blijft het veilig verkorten van de opnameduur (Length of Stay, LOS) een uitdaging vanwege het aanhoudende risico op vroege, niet-herkende postoperatieve complicaties. Tegelijkertijd staan ziekenhuizen onder toenemende druk door een groeiend aantal operaties, hoge bedbezetting en aanhoudende, verergerende personeelstekorten. Deze problemen benadrukken de dringende noodzaak van innovatieve en schaalbare zorgpaden die zowel de klinische veiligheid als de efficiëntie van het zorgsysteem waarborgen.
In dit project wordt een duurzaam, hybride postoperatief zorgmodel ontwikkeld en geëvalueerd, waarin thuismonitoring via draagbare technologie (Remote Patient Monitoring, RPM) en digitale ondersteuning voor het herstel worden geïntegreerd in de reguliere chirurgische praktijk, afgestemd op de behoeften van de patiënt. Het hoofddoel is te onderzoeken of monitoring op afstand via draagbare apparaten een veilige en versnelde ontslagprocedure mogelijk maakt, terwijl postoperatieve complicaties en ongeplande heropnames worden verminderd en patiëntgerapporteerde uitkomsten en ervaringen (Patient-Reported Outcome Measures and Patient-Reported Experience Measures, PROMs en PREMs) verbeteren. Wij veronderstellen dat een dergelijk hybride zorgpad niet alleen de klinische veiligheid verbetert, maar ook de druk op ziekenhuizen verlaagt.
Er zal een multicenter, gerandomiseerde gecontroleerde studie (Randomized Controlled Trial, RCT) worden uitgevoerd in twee Belgische ziekenhuizen, waarbij 300 patiënten worden geïncludeerd die een pancreas-, lever-, long- of gastric bypassoperatie ondergaan. Deze studie maakt deel uit van een gefaseerde onderzoeksaanpak. Een eerste enquête onderzocht patiëntperspectieven op draagbare technologie, wat leidde tot de ontwikkeling van patiëntgerichte digitale hulpmiddelen met hoge acceptatie en betrokkenheid. In voorbereidende pilootstudies bij de doelgroepen werd de haalbaarheid en therapietrouw van thuismonitoring geëvalueerd. Deze studies vormden de basis voor de hybride zorgpaden in de RCT. Patiënten in de interventiegroep worden zo vroeg mogelijk medisch ontslagen en gedurende tien dagen thuis gemonitord met draagbare apparaten die vitale parameters meten (hartslag, ademhalingsfrequentie, zuurstofsaturatie en temperatuur). Een gecentraliseerd telemonitoringcentrum beheert het opschalingsprotocol bij afwijkingen van vooraf gedefinieerde drempelwaarden. Daarnaast ontvangen patiënten gepersonaliseerde herstelbegeleiding via een mobiele applicatie, gericht op vroege mobilisatie, symptoommanagement en zelfregie tijdens het herstel. De controlegroep ontvangt standaard postoperatieve zorg op basis van ERAS-richtlijnen.
De primaire uitkomstmaat is de opnameduur in het ziekenhuis. Secundaire uitkomsten omvatten de frequentie van postoperatieve complicaties en heropnames, kwaliteit van leven, herstelervaring, digitale gezondheidsvaardigheden, patiënttevredenheid en een uitgebreide kosteneffectiviteitsanalyse vanuit ziekenhuis-, patiënt- en maatschappelijk perspectief. Daarnaast worden implementatie-uitkomsten geëvalueerd, zoals inclusiegraad, protocoltrouw en werkdruk voor zorgverleners, om de toepasbaarheid en schaalbaarheid in de praktijk te beoordelen.
Deze studie beoogt robuust bewijs te leveren over de klinische, economische en operationele waarde van RPM-ondersteunde, patiëntgerichte postoperatieve zorg. Bij succes kunnen de bevindingen de brede implementatie van digitale monitoringpaden ondersteunen als veilige en duurzame strategie om het herstel te verbeteren en het zorgverbruik bij grote operaties te optimaliseren.
Periode
01 oktober 2024 - 31 december 2025