Titel
Postoperatieve radiotherapie in stadium III niet-kleincellige longtumoren: Wat is de invloed van moderne stadiërings- en behandelingstechnieken? (Onderzoek)
Abstract
Longkanker is een van de meest frequente oorzaken van kankersterfte. In 1/3 van de gevallen wordt de diagnose pas gesteld in een gevorderd stadium. Ondanks vele studies en vooruitgang blijft de optimale behandeling tot dusver onduidelijk en is de prognose niet goed (20-25% 5 jaars overleving voor stadium III longcarcinoma). Naast concomitante chemoradiotherapie is een chirurgische multimodaliteitsbehandeling een alternatief bij patiënten met potentieel chirurgisch reseceerbare ziekte. Gezien de lage overlevingscijfers en vooral ook de hoge percentages lokaal recidief is verder onderzoek voor optimaliseren van de behandeling noodzakelijk. In dit opzicht kan postoperatieve radiotherapie, na inductie chemotherapie en heelkunde, een meerwaarde bieden. Terwijl vroegere studies, met oudere bestralingstechnieken, eerder ongunstige resultaten toonden voor postoperatieve radiotherapie, lijken recentere studies, met gebruik van meer conformele radiotherapie, toch in het voordeel van postoperatieve radiotherapie te wijzen bij bepaalde subgroepen. Gezien de hoge percentages lokaal recidief, kan het definiëren van de subgroepen die overlevingswinst zouden kunnen boeken met deze additionele lokale therapie, alsook het oppuntstellen van deze bestralingsbehandeling (doelvolume, toxiciteit, dosis) een meerwaarde bieden in de behandeling en prognose van patiënten met lokaal gevorderd (stadium III) longkanker. Dit zal verricht worden door middel van retrospectief onderzoek van een prospectieve databank met externe validatie (Limburgs Oncologisch Centrum en UZLeuven).
Periode
01 augustus 2015 - 31 juli 2016